Drie maal is scheepsrecht. (Marcus 16:9-14)
Een uitdrukking die ik in mijn leven wel een aantal keer heb gehoord. Zeker als iets niet lukte of het niet goed ging. Het klonk voor mij als een aanmoediging om weer te proberen. Ik was verlegen en wilde graag bevestiging en horen dat ik het zou kunnen. Dingen doen, waarvan je niet weet of je het kan, maakt dat je wat onzeker bent en liever wat anders zou willen doen. Als je het niet probeert, dan weet je het niet. Wie niet waagt die niet wint. Soms deed ik dingen zonder te weten waar ik uit zou komen.
De 7 Provinciën
Soms verstopte ik me als het ware, omdat ik het niet zag zitten om zomaar iets te doen. Om de onzekerheid te verstoppen, deed ik alsof ik erg zeker was van mijzelf. Praatte erover alsof het de normaalste zaak van de wereld was, maar doen. Ho maar. Iemand, die mij beter kende en in wie ik vertrouwen had, kon mij makkelijk overhalen om iets te doen. Het leek er dan op, dat ik er niet alleen voor stond en een extra kans kreeg om te laten zien wat ik kon. Tja. Een mens kan raar in elkaar zitten.
Een betekenis van “3 x is scheepsrecht” wijst op de gebruiken in het zeewezen. Daarbij zien we dat driemaal op zee in vele gevallen 'recht' was, zoals:
* De schipper was verplicht drie maaltijden aan de bemanning te geven.
* Een "onbetamelijkheid onder het schaften" werd gestraft met drie
slagen met de gortspaan. Liegen, kwaadspreken en roddelen waren
zaken die je beter kon laten. Een gortspaan is een driehoekig plankje
met een korte steel, dat door de matrozen werd gebruikt om de
gekookte gort fijn te wrijven om gortepap of watergruwel te maken.
* Een gestorven zeeman wordt met een 'één, twee, drie, in de Naam van
God' over boord gezet.
De waarden en normen waren toen nog dichter bij de Bijbel dan nu. Men hield zich strikt aan zaken, die waren afgesproken.
Het stukje uit Marcus 16 voor vandaag, vertelt dat Jezus 3x moest verschijnen om Zijn discipelen te overtuigen dat Hij was opgestaan uit de dood. 2 x lukte het niet om de discipelen te overtuigen, dat de dood Hem niet kon vasthouden en Hij was opgestaan en leeft. De ervaring leert dat je bij hele erge gebeurtenissen je de knop van binnen niet zomaar kan omzetten. Je hebt tijd nodig om het voor jezelf te verwerken. Zeker als anderen met een boodschap komen, die niet aansluit bij je verdriet, boosheid of teleurstelling. Dan lijkt de toegang tot je gehoor, verstand, gevoel en je hart zelfs wel op slot. De deur is dicht met een bordje erop : “Niet storen.”
Het open graf.
1- Verschenen aan Maria Magdalena Mc.16:9 - 11 En toen Jezus opgestaan was, 's-morgens vroeg op de eerste dag van de week, verscheen Hij eerst aan Maria Magdalena, uit wie Hij zeven demonen uitgedreven had. (Joh.20:14, Lucas 8:2) 10 Die ging heen en berichtte het aan hen die bij Hem geweest waren, die treurden en huilden. 11 En toen die hoorden dat Hij leefde en door haar gezien was, geloofden zij het niet.
De eerste dag van de week was de dag na Sabbat en het Pascha. Voor ons de zondag. In haar verdriet huilde zij over de dood van Jezus. Terwijl zij voorover boog om in het graf te kijken zag zij Lucas 24:13 - 2 engelen in witte kleding zitten, een aan het hoofdeinde en een aan het voeteneinde van de plaats waar het lichaam van Jezus gelegen had; en Johannes 20 : 11-18 – en die zeiden tegen haar: Vrouw, waarom huilt u? Zij zei tegen hen: Omdat ze mijn Heere weggenomen hebben, en ik weet niet waar ze Hem neergelegd hebben.
Weleens een gesprek met een engel gehad of er één gezien?
Een bijzonder gesprek volgt als Maria het graf van Jezus bezoekt. Er verdriet, verbazing en bezorgdheid tegelijkertijd bij Maria. En dan ontmoet ze 2 engelen met wie ze een kort gesprek heeft. Maria Magdalena, bij wie Hij 7 boze geesten had weggestuurd, is een trouwe discipel van Jezus. Zijn diende Hem tot met Zijn dood. Een toewijding, die getuigt van de echtheid van haar geloof in de oprechtheid van de woorden en leven van Jezus. Zij zag Hem en had ervaren dat Hij een goed mens was, die op bijzondere wijze sprak en had gemaakt dat zij nu in vrijheid kon leven. Alleen de opstanding, waarover Jezus had gesproken, kende zij niet. Ze had net als iedereen, dat nog niet meegemaakt. Dus ging zij ervan uit, dat degene in de tuin iemand anders was.
Maria dacht dat het de tuinman was, die achter haar stond. Zij was zo in beslag genomen door het verdriet en bezorgdheid, dat haar ontging wie daar stond. Toen hoorde zij : Maria. En zij antwoordde Hem met Rabboeni. (Mijn heer, meester) Het moest doordringen in het denken en gevoel van Maria om duidelijk te maken, dat Hij het was. De vreugde bij Maria was groot, dat zij terug ging naar de discipelen, die op hun plaats verdrietig waren om het verlies van hun grote vriend en Meester.
Het verschil tussen de vreugde van Maria over de ontmoeting met Jezus en de groep verdrietige vrienden was enorm. De groep gelovigen mistten Hem enorm. Voor hen was het afgelopen. Klaar. Over. En moesten zij het zonder Hem doen. Wat een verandering, wat een verschil was het nu zonder Hem. Wat een traumatische ervaring, die afgelopen dagen.
Er was verraad, verloochening, marteling, veroordeling, machteloos moeten aanzien, hoe Hij werd uitgejouwd door de menigte, genageld door de soldaten aan het kruis en het einde, dat het donker werd en Jezus stierf. Al deze indrukken waren in de gedachten en op de gezichten en in de harten van deze mannen, die zoveel van Jezus hielden. Ze waren Hem kwijt. Ze waren ook de woorden en beloften van God kwijt over Wie Jezus in werkelijkheid was en wat er zou gaan gebeuren als Hij had moeten lijden en sterven.
Het lege graf.
Jezus had gesproken over : “Ik ben de opstanding en het leven.” Mensen dachten in die tijd net zoals nu. Of je leeft en je bent bij ons, of je bent dood en ben je niet meer in ons midden. Sommigen geloofden wel in de wederopstanding ten jongste dagen, maar dat was niet nu. Nu was Jezus aan het kruis gestorven en hadden ze Hem in het graf van Jozef van Arimathea gelegd. Daar waren de vrouwen naar toe om zijn lichaam te verzorgen met specerijen. Dat kon niet meer toen het Pascha begon.
Bijzondere is dat dit detail vertelt, dat de verzorging van Jezus lichaam kon niet gebeuren vanwege het Joodse Pascha, het feest van de verlossing en het paaslam dat geslacht was. Jezus is door het lijden en de kuisdood het Paaslam voor ieder mens geworden. Zoals in Egypte het bloed van het lammetje ervoor zorgde dat de Joodse eerstgeborene in leven bleef, zo komt er nieuw leven door geloof in Jezus Christus. Hierdoor kan elk mens deel krijgen aan Gods beloften van Eeuwig leven. En een leven met God, zoals Hij vanaf de schepping al had bedoeld.
1. De mens, die in het hof van Eden leefde met God, kwam door de zonde steeds meer van God af te staan.
2. Door de richtlijnen van God, zoals de woorden van de wet en de profeten, sprak God tot hen, om met hen te leven onder het Verbond wat Hij met hen sloot. Dit was de 2e stap vanaf de schepping dat God met de mens wilde omgaan. Net als in de hof van Eden.
3. Nu heeft Jezus Christus, Gods Zoon, de weg vrij gemaakt om met God te leven. Jesaja 59:2 zegt; "Het zijn uw ongerechtigheden die scheiding brengen tussen u en God." Maar door geloof is er behoud en dat door Jezus Christus. Nu mogen wij door de vergeving en verzoening met God leven met God als onze Vader. Dat is de 3e stap vanaf de schepping waarin God met de mens omgaat als vriend en ons als mensen wil kennen als Zijn kinderen. Je zou kunnen zeggen in plaats van 3 x keer is scheepsrecht. 3 x is Gods recht met Liefde en Genade voor ons.
3- Als derde zien we dag Jezus verschijnt aan de 11 discipelen. Nu werd het de 3e keer dat Jezus d.m.v. Zijn verschijning aan hen duidelijk moet maken dat Hij niet dood is, maar leeft. We zien dat Jezus ze hierop aanspreekt. Het geloof is niet eerst zien en dan geloven, maar blijkbaar hadden ze na alle avonturen met hun Meester nogmaals nodig dat Hij de eerste was om hen weer een zetje in de goede richting te geven.
Ook zien we dat Jezus hen niet aan de kant zet, maar juist op hen blaast en hen bekrachtigd met de Heilige Geest. God is Geest en in Hem is geheel geen duisternis. Geestelijke zaken kun je niet alleen met je verstand en hart doen. Je hebt Geestkracht van God nodig om te gaan met de blijde boodschap in je leven. Jezus is de Levende hoop voor iedereen.
Laten we bidden dat Hij, Die het Leven, de Opstanding en onze Hoop is, om Zijn aanmoedigingen voor ons persoonlijk. Daar mogen we om vragen. Maria had in haar leven dit persoonlijk ervaren, doordat ze als vrij mens verder mocht. Wij mogen Hem ontmoeten en ontvangen in ons leven als de Levende Heer die van ons houdt, ons kent en weet wat wij nodig hebben. Ook al is het net als bij de discipelen in 3 stappen. God wil zoals in Romeinen 5:5 staat Zijn liefde in ons hart uitstorten.
Laten wij net als Maria ons hart openen voor Hem altijd te vertrouwen is. Hij is en blijft de Zelfde. Als alles in ons leven veranderd en weg dreigt te vallen, dan Hij de houvast in ons leven. “Werpt al uw bekommernis op Hem, want Hij zorgt voor u” (1 Petrus 5:7). M.a.w. wat uw zorgen ook zijn, vertel het Hem.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten