zondag 10 februari 2019

Komen in je bestemming: “Heb je het al gehoord? “


Je plekje vinden.
Op de basisschool weten kinderen al heel snel te vertellen wat ze later willen worden. We kennen de bekende antwoorden als politie, dokter, zuster, juf, piloot etc. Maar als kinderen naar de middelbare school gaan, ligt dat niet voor iedereen zo eenvoudig. Dan blijkt of je makkelijker met je handen of met je hoofd bent. Is school de oplossing of moet je meer praktijkgericht bezig zijn.


In onze maatschappij moeten jongeren al heel snel een profiel op school kiezen. Met dat profiel worden er al sporen uitgezet in de richting van je vervolgstudie. Hiermee heb je een bepaald vakkenpakket dat de basis geeft voor wat je later gaat studeren en worden. Gezien velen niet weten wat ze willen worden, is dit een ontdekkingstocht.

Die ontdekkingstocht wordt gaandeweg medebepaald, wat er in je rugzak hebt. Welke relaties/ vriendschappen er zijn in je leven. Financiële middelen beschikbaar zijn. Of je ouders achter je staan of dat je het zelf moet uitzoeken. En tja, wat wil je? Wil je snel geld gaan verdienen en van school af of ga je door tot je 24e of langer om door te leren totdat je vandaaruit in het bedrijfsleven gaat meedraaien?

In onze maatschappij is het steeds meer normaal dat je eerst geld verdiend. Zorgt dat je het voor elkaar hebt en dan denken aan een gezinnetje stichten, kinderen krijgen. Etc. Dat laatste had Hanna ook wel gehoopt met haar man Elkana. Trouwen, kinderen krijgen en de bestemming, die zij in zichzelf voelde te volgen. Dat blijkt compleet anders te gaan. Ook in onze tijd zijn er heel wat Hanna’s, die zich aan de kant van de maatschappij voelen. De pijn ervaren van het niet in vervulling gaan van hun dromen.

Dat is niet alleen op het vlak van een gezin, maar kan ook op het vlak zijn van een baan, promotie en positie in een bedrijf. Dat het aan je neus voorbijgaat naar een ander en je diep in je motivatie wordt beproefd. Of dat je graag het werk het werk laat, de boel de boel en fulltime mag dienen met het Evangelie, waarbij je focus volledig ligt op het vertellen van de goede boodschap.

En dan blijkt dat je met 2 voeten in de klei je brood moet verdienen en in je vrije tijd ruimte moet zoeken om mee te helpen in de gemeente of projecten ondersteund van een organisatie. Niet iedereen is een Samuël, die gelijk vanaf het eerste moment aan God is gewijd en apart gezet. Daarmee komt jouw roeping en bestemming op je leven kijken. We gaan samen kijken naar Samuel.




1 Samuel 3 : 1-10 De Heer roept Samuel
1 En de jonge Samuel diende de HEERE onder toezicht van Eli. Het woord van de HEERE was schaars in die dagen; er kwam geen visioen openbaar.
2 Het gebeurde op zekere dag, toen Eli op zijn slaapplaats lag – zijn ogen begonnen zwak te worden, zodat hij niet meer kon zien –3 en toen ook Samuel zich te slapen gelegd had, voordat de lamp van God gedoofd werd in de tempel van de HEERE, waar de ark van God was, 4 dat de HEERE Samuel riep. En hij zei: Zie, hier ben ik. 5 Hij snelde naar Eli en zei: Zie, hier ben ik, want u hebt mij geroepen. Maar die zei: Ik heb niet geroepen, ga terug en ga weer liggen. En hij ging weg en ging weer liggen.
Het valt op dat het dienen van God praktisch gepaard gaat met het helpen van een oude man, die bijna niets meer ziet.  Zijn ouders Elkana en Hanna, hebben de jongen afgestaan om te dienen in de tempel. Hij is geboren in een pijnlijke situatie van afwijzing, die zijn moeder Hanna ervoer. Een oude priester, ziet haar bidden, spreekt uit dat de Heer zal geven wat ze gebeden heeft. Zij bad om een zoon en Hanna belooft om haar kind aan Heer toe te wijden en toe te vertrouwen voor dienst in de tempel. (1Sam1) -> opdragen/ voorstellen van een kind aan de Heer.

In het lied van Hanna (1Sam2) bezingt ze Gods goedheid en dat Hij naar haar heeft omgezien. Ze gaan elk jaar naar Silo en Hanna zorgt dan voor een nieuwe jas voor Samuel. Eli, die de zorg voor Samuel had, zegende zijn ouders. En dan staat er dat God hen 3 zonen en 2 dochters geeft. De eens zo onvruchtbare, ontroostbare vrouw, is nu moeder van 5 kinderen. (1Samuel 2) Ze heeft de Heer niet alleen gebeden in haar verdriet, maar Hem ook geprezen in haar lied, toen zij Samuel kreeg. Daarnaast had ze een gelofte gedaan aan de Heer en dit ook uitgevoerd. Bidden + gelofte + prijzen / danken + doen

Een makkelijke gelofte? Nee. Als vrouw kon ze geen kinderen krijgen en nu ze er één heeft op het woord van de dienaar van God, geeft ze de zorg over aan hem. Een moeder wil graag haar kind dichtbij zich houden, maar Hanna was bereid om op de Heer te vertrouwen. Hierdoor kwam er ruimte om niet te blijven zitten met schuld, schaamte en pijn, maar was er liefde, dat groeide door de jaren heen en kwam er ruimte voor meer kinderen, die de Heer haar toevertrouwde.

Soms kunnen we zegen van de Heer in ons leven ontvangen en daar alles aan ophangen, in ons bestaan. Als bewijs van Zijn acceptatie van wie wij zijn. Als beeld van dat we toch wel iets goeds in ons leven hebben, waar anderen op moeten houden ons naar beneden te halen, zoals Peninna een molensteen was op haar hart.  Ze had geen lucht om te leven in vreugde, vrijheid en vrede. Door de snerende opmerkingen, werd zij gekwetst en in een hokje gestopt van dat zij als vrouw had gefaald. Niet meetelde, omdat zij geen kinderen had. Terwijl Elkana haar probeerde te troosten door te zeggen, dat hij haar liefhad en zij hem meer waard was dan 10 zonen. (1Sam1)

Als gelovigen zijn we in deze wereld geroepen om heen te gaan en vrucht te dragen. (Joh. 15) Hebreeënbrief zegt dat Jezus onze Hogepriester is. Aan hem mogen wij ons als kind van God toevertrouwen. Hij geeft ons een plaats in Gods Koninkrijk om Hem lief te hebben en te dienen. Daarbij worden we bekleed met kleren van verlossing / heil / redding. Zoals Samuel wit linnen kleren kreeg, zo worden onze kleren wit gewassen door het bloed van het Lam, zodat we onbesmet, rein en heilig, zonder vlek of rimpel voor God kunnen verschijnen.

Rom.8:1 zegt, dat er geen veroordeling meer is in Christus Jezus.  De
tegenstander, de aanklager van de broeders, wil ons laten geloven, dat ons leven mislukt is en geen hoopvolle toekomst kent. Hij wijst ons voortdurend op onze fouten en gebreken. Hij wijst ons op ons verleden, waar we de mist in zijn gegaan en wil ons chanteren om ons bang te maken en tegen te houden. We mogen als een Hanna onze problemen bij God brengen. Datgene wat ons neerdrukt en vruchteloos maakt. 

1Petrus 5:7 – “U mag uw zorgen op hem afwentelen, want u ligt hem na aan het hart.” Omdat God van u houdt, nodigt Hij ons uit om bij Hem te komen met wat ons moeilijk maakt. Heel vaak blijven we maar doorgaan en strijden, terwijl we de hulp van God mogen inroepen. Paulus zegt tegen Timotheus - Strijd de goede strijd, de strijd van het geloof.

De Heer roept Samuel nog twee keer
HSV - 6 Toen riep de HEERE Samuel opnieuw; Samuel stond op, ging naar Eli en zei: Zie, hier ben ik, want u hebt mij geroepen. Hij zei echter: Ik heb niet geroepen, mijn zoon; ga terug en ga weer liggen. 7 Nu kende Samuel de HEERE nog niet; het woord van de HEERE was nog niet aan hem geopenbaard. 8 Toen riep de HEERE Samuel opnieuw, voor de derde keer, en hij stond op, ging naar Eli en zei: Zie, hier ben ik, want u hebt mij geroepen. Toen begreep Eli dat de HEERE de jongen riep.  9 Daarom zei Eli tegen Samuel: Ga weer terug en ga liggen. Wanneer het gebeurt dat Hij je roept, moet je zeggen: Spreek, HEERE, want Uw dienaar luistert. Toen ging Samuel weer terug en ging op zijn slaapplaats liggen. 10 Toen kwam de HEERE en bleef daar staan; en Hij riep zoals de andere keren: Samuel, Samuel! En Samuel zei: Spreek, want Uw dienaar luistert.
Het voorbeeld van Samuel, die God dient, maar herkende de stem van de Heer niet. Hij had wel over God gehoord, maar had nog niet zelf Zijn stem gehoord.  

“Dit is de weg, wandel erop.” - Jesaja 30:21 Gaat over het spreken van God.  Het is een richtlijn van God om op Hem te vertrouwen en niet op andere zaken. Het gevaar van op mensen of andere zaken is, dat je op de verkeerde dingen of op mensen gericht bent. Je volgt je eigen gedachten na, in plaats dat je gehoorzaam bent aan God.  

Of je luistert heel erg wat andere mensen te zeggen hebben. En iemand wordt een sterke stem in jouw leven. Als die roept, dan moet je gaan, om te luisteren. Het overruled jouw wil, gevoel en verlangen. Manipulatie en intimidatie gaan samen met een geweld en angst. Mensen kruipen a.h.w. voor de ander, die groter, sterker en het beter lijkt te weten.

Samuel was nog maar een kleine jongen, die gehoorzaam luisterde naar de oude man. Dat was de aanleiding om naar de bijna blinde Eli te gaan, die misschien zijn hulp nodig had. Maar het was Eli niet die riep. Samuel herkende de stem van God niet. Waarom? Omdat hij de Heer nog niet kende. Ook Eli, de priester onderkende in de eerste plaats niet dat God Samuel aan het roepen was. Misschien dacht hij wel dat Samuel had gedroomd en in zijn droom Eli hoorde roepen.


Het advies van Eli was de sleutel om te gaan luisteren naar Gods stem. Als Hij jou roept, zeg dan: Spreek, Heer. Want Uw dienaar luistert”  Nu laat Eli hem los en wijst hem op zijn plaats in de nabijheid van God. De oude man erkent Samuel als jonge dienaar van God. Daarmee zei hij: “Je hoort er 100% bij.” Dat is iets wat wij ook in deze tijd nodig hebben.

Psalm 78 spreekt over het doorgeven van de verhalen en principes aan de kinderen door de generaties,  die hen voor zijn gegaan. Psalm 78:5-6  - “Hij stelde een richtlijn vast voor Jakob en kondigde in Israël een wet af. Onze voorouders gaf hij de opdracht, die aan hun kinderen te leren.” HSV -  Een leerling zat niet alleen in de schoolbanken, maar deed ook mee met opdrachten, die de meester hem gaf.

Psalm 78 spreekt over ouderen, die jongeren aanmoedigen om te luisteren naar de Heer, verhalen uit de Bijbel, maar ook persoonlijke getuigenissen delen. Hoe kan de volgende generatie gaan ontdekken Wie God is en hoe Hij Zijn Woord in ons leven uitwerkt? Door er over te praten en onderwijs te geven.  Door naast elkaar te staan op gelijkwaardig niveau. Niet de één boven de ander, maar samen optrekken. Kinderen spelen en spreken vaak na wat ze horen. Wat spreken onze kinderen / kleinkinderen?

Jezus spreekt in Johannes 10 als de Goede Herder waar de schapen naar luisteren. De schapen onderscheiden de stem van de herder van een vreemde. God wil zich bekend maken aan jong en oud. Aan de schapen en de lammeren; Kinderen, volwassenen en ouderen. Laat de kinderen tot Mij komen; zegt Jezus. “Verhinder ze niet, want voor hen is het Koninkrijk.”

Een uitdaging op zich om kinderen voor te gaan en brengen aan de voeten van Jezus. Voordoen en voorleven - 2 essentiele elementen, die ik regelmatig niet zag. Het één werd gezegd en het ander werd gedaan. Een jongere, volwassene uit deze tijd neemt daar geen genoegen meer mee. Geloven is doen zegt Jacobus. Niet alleen van binnen koesteren, maar vooral ook met handen en voeten uitleven.

De Heer wil door Zijn Woord en Geest spreken tot de gemeente en ook tot ons persoonlijk. Dat geldt voor jong en oud. Samuel moest niet meer wachten op Eli, maar Eli zei dat hij moest wachten op de Heer, totdat deze tot hem sprak.  En als hij God hoort zegt hij: Spreek, Heer. Ik ben uw dienaar. Ik luister.”

Wij dienen Koning Jezus, die door Petrus de Zoon van de Levende God werd genoemd. Hij is de opgestane Heer en wil in ons leven het voor het zeggen hebben. Daarvoor is het belangrijk, dat wij ons beschikbaar stellen. God wil jou op die plaats laten komen, die Hij allang voor je heeft. Bestemming, zoals we dat noemen. Samuel was niet per ongeluk in de tempel gekomen, maar God had het Hanna, zijn moeder in het hart gegeven, om hem apart te zetten voor deze taak.

Net als Jozef uit Genesis, Simson uit het boek Richteren en Johannes de Doper NT.  Jongens met een duidelijke roeping op hun leven vanaf hun geboorte. Zo wil God ons apart zetten voor een taak in het Koninkrijk van God. Een kind van God word je door de wedergeboorte. Je moet opnieuw geboren worden, zegt Jezus daarover tegen Nicodemus in Johannes 3.  Dus niet door goed je best te doen. God wil geen stiefkinderen, maar eigen zonen en dochters, die Hem van harte liefhebben.

Mijn verhaal: Als ik terugkijk op mijn leven, zie ik dat mijn ouders in 1966 in Zeeland kwamen. Ze hadden een verlangen om een kerk te bezoeken. Omdat ze van gelovige achtergrond waren? Nee! Helemaal niet. Hun achtergrond en opvoeding bestond uit het Socialisme in Noord-Nederland. Maar in hun jeugd hadden ze kennis gemaakt met het Leger des Heils en Baptistengemeente, terwijl van huis uit voor het geloof absoluut geen plaats was. God had het hun in het hart gegeven.

Toen ik 4 jaar jong was, gingen zij naar de kerk en ik naar de zondagschool, zoals dat toen heette. Hier maakte ik kennis met de Bijbel en God had mij vanaf het eerste moment in het hart gegrepen. Ik luisterde graag naar de verhalen van de Bijbel en vond het geweldig om over God te zingen samen met anderen. Dat is nooit veranderd in mijn leven. Gaandeweg ben ik meer van de Bijbel gaan begrijpen, totdat ik in 1981 en 1985 een bijzonder Gods ervaring had en alles in een stroomversnelling kwam en veranderde.

Het werd een start van intensief met de Bijbel bezig te zijn, Bijbelstudies bezoeken, evangelisatie en verschillende diensten op zondag te bezoeken, omdat ik honger had naar het Woord van God. De preken schreef ik op en vertelde het aan iedereen aan wie ik het kwijt wilde. Vervolgens de Bijbelschool gevolgd om handvatten te ontvangen om aan anderen door te geven.

De jaren erna heb ik verschillende gemeenten in Zeeland mogen dienen met het kinder- en jeugdwerk. Gezeten in het leiderschap en mocht regelmatig voorgaan. Waarom? Omdat God in mij aan het werk was gegaan en ik het verlangen kreeg om te dienen met het Evangelie. Ik moest echt van ver komen, maar God zag mij en deed niet, zoals ik van mijzelf dacht, dat ik het niet waard was. Hij deed naar het verlangen wat Hij in mijn hart had gelegd.

Ik heb 4 vragen voor jou;

è What do you love                                                Waar hou  je van?
Waar word jij blij van?

è What do you hate                                                Wat vind je verschrikkelijk?      
Waar kan jij niet mee omgaan?

è What makes you cry                                           Waar ga jij van huilen?
Wat raakt jou van binnen?

è What annoys you                                                            Wat gaat jou vervelen / irriteren /
hinderen?


Roeping is de bestemming, die God op je leven heeft gelegd en in je werkt. Niet de beslissing, die je maakt of wat je gaat doen. Het is jouw ontdekking van Gods bestemming op je leven dat verandering brengt. (Samuel; priester -> profeet) De 4 vragen kunnen je helpen om te begrijpen, waar je warm voor loopt en waarom je soms zo’n weerstand ervaart in je zelf. Het is gehoorzaamheid aan God en Zijn Woord om richting te vinden in je leven.

Discipline om op de weg te blijven. Samuel werd dagelijks getraind voor zijn taak in de tempel. Maar het was God, die Hem riep. Zo wil God ieder van ons roepen. Om te horen moet je stil worden, door te bidden, lezen en luisteren. Hij Dezelfde God die ook vandaag Zijn antwoord aan ons wil geven en tot ons wil spreken.

“Je bent wat je zegt.” Dat is de opinie van de wereld om ons heen. God legt een verlangen in je hart om te spreken, wat Hij zegt door Zijn Woord en Geest. En weerstand te bieden tegen de boze en zijn leugens. God is je Vader en Hij heeft het beste met je voor. Waar ben jij in je leven op gericht?

Daar waar je op gericht bent maakt wie je bent. Wie je bent maakt dat je dat ook gaat doen en denken en hoe naar alles kijkt. Ben je probleemgericht of zie je mogelijkheden en kansen? Uit welke familie je komt of waar je door heen gaat hoeft niet te maken, dat je hetzelfde doet. (Elkana + Hanna -> Samuel) In Christus kun je nieuwe en goede keuzes maken, zodat je op Gods weg gaat wandelen en Hij je leidsman ten leven is.

De moeilijkheden maken niet dat je wordt tegengehouden en je bestemming gaat missen, maar de belofte van God maakt dat alles zal mede werken ten goede. Een mooie uitspraak, die ik ergens tegenkwam was. “Een storm hoeft niet alles kapot te maken in je leven, maar het kan ook een weg voor jou banen.” Jezus is de Weg, de Waarheid en het Leven. Door Hem kom je bij de Vader. De God, die Zijn licht op je levenspad wil laten schijnen, zodat jij gaat doen en komen, wat Hij voor je heeft bereid.




Geen opmerkingen: