vrijdag 7 maart 2014

Er is een andere weg...

Teksten : Psalm 119 : 101 -106 en Lucas 19 : 1 – 10 



Psalm 119 is de langste Psalm onder de psalmen. Deze Psalm 119 ademt de liefde van de schrijver uit voor God en dat deze van Zijn Woord houdt. Er is een verlangen en zoeken te bespeuren dat hij er naar verlangt om volgens Zijn geboden / richtlijnen te wandelen. In vers 1 van de Psalm 119 lezen we: Welzalig zijn de oprechten van wandel, die  in de wet van de HEERE gaan. Dit vers heeft heel wat weg van Psalm 1 verzen 1 en 2 waar gesproken wordt : Welzalig de man, ….  die zijn vreugde vindt in de wet van de HEERE. Dat zou een prachtige samenvatting kunnen zijn van Psalm 119. Het gaat om de vreugde die er uit voortkomt.  

Wij, de Nieuw Testamentische gelovigen, kennen het Evangelie, de Blijde Boodschap. We hebben samen gelezen uit Mattheus 22: 37 – 39  Daar zien we dat het liefhebben van de Heer het eerste gebod omvat. En het 2e gebod dat Jezus daarbij omschrijft om onszelf en de ander lief te hebben daar aan gelijk is. Hoe we God liefhebben komt terug in het leven van alle dag. Dat zien we  in de manier waarop we leven, denken en doen.  

Als Jezus spreekt over geloof zien we door Zijn leven, lijden en sterven van Christus is het kruis geïntroduceerd. Wanneer Jezus spreekt over het opnemen van het kruis als gelovige om Hem na te volgen. Hij spreekt van dit beeld in een samenleving van Zijn tijd dat het kruis en het kruisigen zichtbaar aanwezig is. Iemand die zijn kruis opnam, was een veroordeelde. Iemand die door de Romeinse overheid was veroordeeld om op de schedelplaats, Golgotha te sterven. In de komende periode leven we naar Pasen toe, waar wij gedenken wat Christus voor de mensheid door Zijn kruisdood heeft bewerkt.  

Wanneer Christus in zijn onderwijs naar Zijn discipelen toe en de schare spreekt Hij er over in Lucas 9 : 23 2523 Hij zei tegen allen:  Als iemand achter Mij wil komen, moet hij zichzelf verloochenen, zijn kruis dagelijks opnemen en Mij volgen. 24   Want wie zijn leven wil behouden, die zal het verliezen; maar wie zijn leven verliezen zal omwille van Mij, die zal het behouden. 25 Want wat baat het een mens heel de wereld te winnen en zichzelf te verliezen of zelf schade te lijden? en Zijn wet dag en nacht overdenkt. 



In deze verzen van Lucas 9 zien we de verbinding wordt gelegd over het omgaan met Gods Woord en de richtlijnen toepassen in het dagelijks leven, welke we lezen in Psalm 119.  Er is vreugde in het kennen en doen ervan.  In Filippenzen 2 zien we dat de vreugde die Christus had en zag dwars door zijn leven, sterven en opstanding heen was wat er uit voort zou komen. Wat Hij door Zijn daad van rechtvaardigheid velen rechtvaardig zou maken. Zoals Jesaja 53 het omschrijft.  

Daardoor wist Christus ook voordat Hij deze weg naar Golgotha zou gaan, dat het mogelijk zou zijn voor een mens om niet meer voor zichzelf te leven, maar zijn en haar leven over te geven aan God. De God van hemel en aarde, de God die Mozes Zijn geboden toevertrouwde, de God die velen de liefde voor Zijn Woord zoals de  geloofshelden uit de Hebreeënbrief beschreven zou bekend maken. Onder hen waren een Ezra en David, waarvan één van hen mogelijk de schrijver van Psalm 119  zou kunnen zijn geweest.    

Het geloof en het leven met God gefundeerd op het volbrachte werk van Christus laat zien dat we niet meer voor onszelf leven. Daarbij is het een zoeken van de gelovige naar Gods richtlijnen voor het leven vanuit onderwijs, gebed en het houden naar Zijn Woord en zich laten leiden door de Heilige Geest.  

Psalm 119 : 101 – 106 Geeft richtlijnen vanuit het Woord van God om in het leven dagelijks toe te passen van wat de Bijbel leert en God door Zijn dienstknechten gesproken heeft.  Dit onderwijs had Zacheus ook gehad. Hij was een man die genoemd wordt door Jezus als een zoon van Abraham. Hij was bekend met de wet, maar kwam daar in de praktijk niet mee uit. Zijn leven was verstrikt in leugens, diefstal en verwerping.  

De dag dat Jezus Jericho wilde bezoeken had te maken met de weg waarop Zacheus en velen met hem wandelen. De weg die Zacheus ging, was niet de weg die het Woord van God wees. Hij zat in de raad van Goddelozen, deed het werk voor hen en hield daar ook nog een flinke cent aan over. Als Joodse man in een tijd van Romeinse overheersing leefde hij in 2 werelden. De wereld van het geloof in de Wet en de verwachting van de Messias. En de wereld van een wereldveroverend volk dat het land bezette en andere gebruiken, goden en wetten op na hield.  

  

Gaande weg was zijn leven niet meer naar Psalm 119 : 101.  Ik heb mijn voeten weerhouden van alle slechte paden, opdat ik mij aan Uw woord zal houden. 102 Ik ben niet afgeweken van Uw bepalingen, want Ú hebt mij onderwezen. Op zijn manier was hij een man die stond voor zijn zaak en zorgde voor zijn gezin / familie. Toch waren de vruchten dat hij met een leugen leefde door mensen geld af te persen en maakte hem een buitenbeentje en werd hij door kritiek en door de algemene opinie en gemeenschap verworpen.  

Deze man had met als de stad Jericho nodig dat hij in de juiste bestemming kwam. De stad Jericho hebben we leren kennen als een stad dat door andere volken werd bewoond. Het volk van Israël welke 40 jaar in de woestijn leefde had een land beloofd gekregen, waar toen nog de vijand heerste. Deze vijand moest verslagen worden. De stad Jericho lag midden in dat beloofde land en  was een indrukwekkende stad dat een reputatie had in de hele wijde omgeving. Pas toen Jozua en Kaleb alle gebieden hadden ingenomen en het hele volk in het nieuwe land woonde, kreeg Jericho een nieuwe bestemming. De Israëlieten daar ging nadat de stad opnieuw was opgebouwd wonen. Het was nu in handen van Gods volk en niet meer van de vijand.  

Nu in die zelfde stad, eeuwen later, woont een man die in handen was van de Vader van de leugen. Zijn leven was niet op orde en had een ontmoeting met Jezus nodig.  Deze man was kort van gestalte. Door zijn levens wijze waren er ook zaken, die een te kort waren in zijn leven en dat van zijn familie. Hierdoor leed hij en daardoor ook anderen onrecht. Op zijn manier had hij de zaken in het leven aangepakt, maar was niet uitgekomen waar God hem wilde hebben. Zoals we kunnen lezen in Psalm 1 vers 3 dat hij als een boom geplant aan water stromen was  en vrucht droeg op Zijn tijd. Nee. Aan de vrucht herkent men de boom leert Jezus. Wat mensen zagen was niet een leven als een zoon van Abraham naar Gods Woord en Zijn geboden.  



Op dat moment komt Jezus in de stad en ontmoet hem bij de boom en in zijn huis. Dat was ook de opzet van onze Heer en Heiland. Hij zag wel door alles heen dat deze een zoon was van Gods volk, maar nog niet op de juiste plek en in de juiste bestemming wandelde.  Hij wilde hem de vreugde over Gods woord terug geven. Dat kon als hij handelde naar de richtlijnen om te doen wat hij moest doen met hetgeen hij van anderen afhandig had gemaakt. Hij kwam tot  

inkeer en ging toepassen wat het Woord van God zegt. Daardoor kwam er redding voor deze man. en er kwamen nieuwe mogelijkheden in zijn leven.  

Jezus zegt Ik ben de Waarheid, de Weg en het Leven, niemand komt tot de Vader dan door Mij. Johannes 14:6 Jezus kwam in het huis van Zacheus. En op dat moment komt het leven van hem in het Licht van God. Hij kiest ervoor om niet langer met de leugen in zijn leven door te gaanHij maakt het met God en zijn medemens in orde maken door mensen terug te geven naar de richtlijnen van Gods woord. Er komt geven i.p.v. onrechtmatig nemen. Hij ziet dat hij velen tekort heeft gedaan. Hij komt in actie om gehoorzaam te worden en toe te passen, wat hij al in zijn leven als onderwijs uit het Woord had ontvangen. Hij werd en was overtuigd. Het verlangen om weer met God te leven en zich over te geven was daar. Jezus leert dat de Heilige Geest, de wereld overtuigt van zonde, oordeel en gerechtigheid.  Deze overtuiging door God in zijn hart en verstand bracht Zacheus op het juiste spoor in zijn leven.   

Psalm 119: 103zegt  : Hoe zoet zijn Uw woorden voor mijn gehemelte, zoeter dan honing voor mijn mond. Het was nu een vreugde voor Zacheus om het Woord van God in zijn leven toe te passen, nadat hij door de zure appel heen had gebeten. Het was een hele stap om vanuit hoe hij leefde en wel wist van God in zijn leven naar een leven, waarin het niet meer om hem zelf draaide, maar Jezus centraal ging staan.  Hij moest zijn trots en hoogmoed aan God overgeven en gaan doen wat Deze van hem vroeg.  Het gevolg was vreugde over het feit dat hij niet meer in de leugen hoefde te leven, niet meer op oneerlijke manier mensen behandelde en niet meer vanuit een kwaad geweten rond hoefde te lopen.  



Nu kon hij de woorden van Psalm 119: 104 – 105 met hart en ziel belijden.  
104 Door Uw bevelen krijg ik inzicht, daarom haat ik elk leugenpad. 105 Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad.  

Zoals er ergens anders staat : Door uw licht zien wij het Licht. Jezus is het Licht van de wereld. En als licht van de wereld kwam Hij bij een volk dat in duisternis wandelde. Zoals we lezen in Jesaja 9 De ogen van Zacheus gingen open voor deze waarheid. Hij zag de zaken weer helder en vanuit Gods perspectief. Hij kon  

nu met een schone lei beginnen en doen als Matt. 5:37 staat :  Laat je ja ja zijnen je nee nee zijn 

Psalm 119 : 106   Ik heb gezworen, en ik zal het gestand doen: ik zal Uw rechtvaardige bepalingen in acht nemen.  

Uit het onderwijs van Jezus, zien we dat het lichtvaardig toezeggen van beloften die we maken in ons leven geen plaats is. De keuzes die we maken, zijn keuzes die weloverwogen gemaakt moeten worden.  Het verbinden aan en toewijden aan zaken van het geloof is in deze tijd een steeds moeilijker uitgangspunt voor de moderne mens. Wij als burgers van een vrij land willen vrij zijn in de keuzes die we maken en niet vastgelegd worden aan allerlei dingen die we moeten. Dit als tegenreactie op een periode die achter ons ligt. Voorheen ging het om de groep waartoe je behoorde. Nu gaat het steeds meer om het individu.  



De mens centraal die alles zelf moet doen en kunnen. Door prestatie en frustratie lijkt onze maatschappij gebouwd te worden. Ik ben mijzelf tot wet. Geloof is niet meer als deel van een groter geheel, maar ieder voor zich moet maar weten wat hij en zij gelooft. Na de oorlog zijn we als land hard aan de slag gegaan om het land op te bouwen en onze kinderen een betere toekomst te geven dan dat de generaties ervoor hadden. Een mooi streven om te zorgen voor de generatie na ons komt.  

We hebben gezien dat rijkdom vanuit hard werken en verdienste de plaats in zijn gaan nemen van een leven in afhankelijkheid van God. Mensen menen het zelf allemaal wel te kunnen en hebben daarbij de kerk en het geloof niet meer nodig. Toch zien we dat velen op zoek zijn naar een innerlijke vervulling en voldoening in hun leven. God heeft in elk mens op de hele wereld een innerlijke plaats gecreërd waar Hij alleen in past. Doordat Christus in de wereld is gekomen, is er een weg geopend voor alle volken, talen en natien dat zij God kunnen leren kennen. De belofte aan Abraham dat in hem alle volken gezegend zouden worden, is tot waarheid gekomen in Christus. Door Jezus kunnen mensen tot God komen. Datgene wat in de wegstaat heeft Hij weggenomen.  

Net als Zacheus mag een mens God in zijn / haar leven ontmoeten en leren kennen. Dan komt de vreugde over Zijn woord in dat leven en worden als die boom die geplant is aan wateren. Geloof is een geschenk / gave van God zegt: Efeze 2:8 : Want door genade zijt gij behouden, door het geloof, en dat niet uit uzelf: het is een gave van God; 

Zacheus had het niet verdiend, maar kreeg genade. Dat is ook de betekenis van het woord. Die genade heeft elk mens nodig. Gelovig of niet.   Daardoor gaan onze ogen open voor de realiteit van God. Dan is geloof niet louter met het verstand, maar zeker ook met ons hart in het Woord van GodDan wordt de belijdenis dat God bestaat en Zijn Woord waar is. Met de woorden van Lucas 19 : 10 mogen we vandaag afsluiten en meenemen naar huis: Want de Zoon des mensen is gekomen om het verlorene te zoeken en te redden.  

De Herder is ook de Redder, die van Zijn kudde houdt. Hij wil niet dat mensen afdwalen en verdwalen in de strikken van de vogelvanger, waar velen in zitten. Hij is een God die uitreikt en wil versterken dat wat zwak is. Hij kent en doorgrond ons en is vertrouwt met al onze wegen, zegt Psalm 139. Aan die God mogen en kunnen wij ons dag aan dag toevertrouwen.  







Geen opmerkingen: